Rijdend naar mijn werk zie ik deze ochtend de boeren op hun trekkers wortels rooien. ‘Poah dikke John Deere!’ hoor ik Eva Luna in mijn gedachten roepen. Als ik op datzelfde moment vanaf de Karel Doormanweg drie groenen met gele wielen de rotonde op zie draaien schiet ik in de lach. Zo blij als een kind zou ze zijn als ze dit allemaal tegelijkertijd had gezien.
Waar word ik blij van? Duidelijk van de blijdschap van mijn kind, maar ook van de natuur. Wat komt de zon deze ochtend mooi op in de nevelen boven het akkerland met een typisch Noordoostpolder-bomenrij als silhouetten aankleding. Ik word blij van een betonmixer die mij tegemoet komt rijden. Ik zie gelijk de verwilderde kop van mijn Lief, staand in zijn overal nu voor mij en bij dat plaatje voel ik nog steeds dat heerlijke trotse verliefdheidsgevoel.
Vorige week was ik in plaats van op stenen op kastanjes aan het tekenen. Ik word blij van creatief bezig zijn, maar eigenlijk wekte wat ik nu deed frustratie op. Wat ik na wilde maken lukte mij niet. Ik zocht op internet naar een mooie vloeiende vorm die ik op de kastanjes kon tekenen. Ik vond er een. Met een heerlijk gemak vloeide de stift zo de infinity lijn. Bij elk symbool dat ik tekende voelde ik mij fijn.
Ik zocht naar de betekenis van het symbool en het bleek dat ik het Keltische teken voor moeder en kind tekende. Steeds dacht ik echter aan mijzelf en mijn eigen ik. Moeder zijn voor mijzelf. Hoe zorg ik voor mijzelf.
Als volwassene denk ik veel te moeten. Ik ren mijn rondje in de agenda goed mee en mijn to do lijsten worden eigenlijk nooit korter. Ze zijn geregeld niet op prioriteit opgesteld en soms leveren ze meer vermoeidheid dan tevredenheid op.
Wat als ik nu mijn eigen moeder ben en aan mijn innerlijke kind zou vragen ‘Wat heb je nodig?’
Ik schiet vol. Ineens verdwijnt alle ruis en voel ik. Ik weet ook gelijk het antwoord.
Rust en warme genegenheid.
Moeders mogen steken laten vallen, als ze het belangrijkste maar wel doen; hun kind het gevoel geven dat ze de moeite waard zijn, hun zelfrespect en zelfvertrouwen voeden en ze een veilig thuis bieden.
‘Kom maar meisje, je doet het goed. Kom maar hier op de bank. Ik maak een beker warme chocomelk voor je klaar. En nee, je hoeft je niet te schamen voor je tranen.’
okt26