Jaloers

Jaloers

Ik ben jaloers. Niet op de mama’s met kindjes die wel tot half 8 slapen of op het feit dat die mama’s misschien een partner hebben en zodoende ploegendiensten kunnen draaien. Al denk ik daar wel eens smachtend aan, het feit dat dit niet in ons huis voorkomt, heb ik redelijk geaccepteerd.
Ik ben jaloers op de poppen van dochterlief. De poppen worden o zo liefdevol in een reiswiegje gelegd. Krijgen met uiterste precisie een lakentje en dekentje over zich heen. Ze geeft ze een kus en ze roept hard ‘Ssst!’met haar vinger op de lippen als ik even praat. ‘Ssst, niet wakker maken mama’ klinkt een bozig gefluister. Liet je mij maar eens ongestoord slapen, hoor ik mijzelf zielig en verongelijkt denken.

Soms zou ik wel weer eens de hele ochtend ongestoord in bed willen kunnen liggen met boek en chocola. Of in de armen van een man, of bovenop of onder hem. Een ochtend zelf in te delen. Slapend zou zelfs ook mogen. Al vind ik het bijna jammer om tijd, die ik voor mezelf heb zo te verprutsen.
Waarom heb ik voordat ik moeder werd nooit iemand hierover horen praten. Wel lachwekkend over de ‘ik ben twee en zeg nee-periode’. Inmiddels erachter komend dat het hierbij regelmatig lachen is als de boer met kiespijn. Nooit ging het echter over het gebrek aan ouderwetse ochtenden. Ochtenden die je heerlijk rozig tussen het beddengoed doorbrengt. Opgekruld met je knieën tot aan je neus en nog nasluimerend in je laatste droom. Een boek van het nachtkastje pakken en blijven lezen totdat je het bijna uit hebt. Plots beseffend dat je nog geen afscheid van de wereld wilt nemen waarin je zo heerlijk vertoefde, met al die personages die je inmiddels zo vertrouwd zijn geworden en het boek met moeite weer terug leggen. Vervolgens op zoek gaand naar de m&m’s, die tijdens het lezen uit je hand vielen en denken, ga ik vandaag nog wat doen of draai ik me nog even weer om.

Super ook hoor, die knietjes die over je heen kruipen terwijl jij je buikspieren nog niet had aangespannen, die ellebogen die net iets te hard tegen je hoofd komen, dat geknipper met het grote licht halverwege de nacht. Nooit had ik dit willen missen.
Dat kleine meisje dat zich half slapend tegen mij aanklampt. Het liefst met haar hoofd onder mijn kin of oksel. Dat meisje dat de laatste tijd soms tijdens een knus moment ineens zegt ‘mama, hou van jou’ en soms zelfs ‘mama, ik veel houden van jou’ en mijn arm dan even aanraakt en in mijn ogen kijkt.
De chocola zou mij wegsmelten en ik ben blij dat ik niet slaap. Dit zou ik nooit willen missen.

Follow my blog with Bloglovin

3 Responses »

  1. Dit is precies wat ik tegen mijn vriendin zeg, wanneer we eens uit kunnen slapen. “Denk nog maar eens goed na of je wel kinderen wilt, dan is dat uitslapen helemaal voorbij”, maar ook zij heeft dat er graag voor over. Net als ik overigens hoor.
    Je weet het weer mooi neer te zetten, en die man. Wees geduldig, dat komt wel weer. Heeft ons ook heel wat tijd gekost elkaar te vinden.

    • Bedankt René en ik wens het jullie van harte toe, dit soort ochtenden zijn uiteindelijk goud waard!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *